Wat Blake

Afgelopen drie jaar heb ik in etappes Nederland rondgefietst. Ik vertrok in Arnhem en fietste linksom langs de binnenrand van Nederland. Na 30 etappes was ik rond dus zo’n 10 etappes per jaar. Met ongeveer honderd kilometer per etappe kom ik op 3.000 km. Tot zover de cijfers.

Op de fiets voel ik mij verbonden met de omgeving. Of zoals een Haagse vriend altijd zegt ‘één met de natuur’. Ik hoor vogels fluiten, voel de wind langs mijn huid aaien en zie wolkenluchten die zo uit een van Ruysdael kunnen zijn geplukt. Fietsen inspireert. Waar Nietzsche zeven uur per dag wandelde om ideeën op te doen, zit ik die uren op de fiets. De eentonigheid van het fietsen kan het leven verrijken. De cadans van het trappen heeft een helende werking. Ook bij regen en wind of misschien wel juist. De belangrijkste vragen zijn hoe te fietsen, wat te eten en waar te slapen. Het ware geluk zit in de eenvoud en het antwoord op deze vragen.

Het fietsen is tevens een zoektocht naar vrijheid. Door te fietsen kan ik de vaste lasten afschudden. Ik ben geworden wat ik aanvankelijk nooit had willen zijn: een getrouwde man met baan, hypotheek en kinderen. Nu het, gelukkig, toch zover is gekomen, is fietsen een tegenwicht en het fietspad mijn man cave: Ik fiets dus ik ben vrij.

Waarschijnlijk heb ik het fietsen van mijn vader geleerd. Hoewel hij een hekel had aan sport, fietste hij graag. Zelfs in het verpleeghuis gingen we nog geregeld met de duo-fiets op pad. Hij genoot zichtbaar van de kalme bewegingen en kon zich helemaal overgeven aan de cadans. We zeiden dan nooit veel en lieten de omgeving spreken.

Straks verschijnt er een boek. Er is een uitgever gevonden die er wel brood in ziet. Vanzelfsprekend duurt het nog even want eerst moeten alle puntjes op de i worden gezet. Dertig etappes dus 30 verhalen die ik later, als ik zelf in een verpleeghuis zit, nog eens kan nalezen. Rijkelijk geïllustreerd door zoonlief die de tocht vanuit zijn werkkamer dunnetjes overdoet. Fietsen verbindt. Net als het gedicht van de Engelse William Blake waar ik fietsend lang op zou kunnen kauwen.

De wereld zien in een korrel zand/ en de hemel in een wilde bloem/ bergt oneindigheid in de palm van je hand/ en eeuwigheid in een uur

Uit: 1000 PINGUÏNS Door: WASCO

Dit is mijn 57e blog. Over een maand verschijnt de 58e. Omdat het kan. Ook aanmelden kan. Schrijf je in op de E-mail nieuwsbrief. Zie https://janfossen.nl/

Deel dit via: